2018-02-20 Phils

DINSDAG 20 T/M DONDERDAG 22 FEBRUARI

De laatste paar dagen op Palawan

Moeder Anneth zit om half tien keurig aan het ontbijt. De beide jongedames zijn pas om kwart over tien klaar met Whatsapp, Facebook en optutten. Ze zien er uit om te zoenen: de biologie zorgt voor een onweerstaanbare combinatie van kinderlijke onschuld en geraffineerde sex-appeal).

Veel tijd voor een uitgebreide conversatie is er niet, want ze moeten hun vlucht naar Manila halen. Nog wat laatste fotootjes en daar gaan ze…

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Als ik ze heb uitgezwaaid begint er voor mij een lekker lui dagje, met een beetje bloggen (de wifi is zo lui dat ik hem voor de rest van de dag vrijaf geef)), zwemmen en een heerlijke massage. In de kiosk aan de overkant laad ik mijn simcard nog even op (door alle internetpogingen vliegen de gigabytes er doorheen) en bij Lala Panzi liggen de kleren klaar die ik heb laten repareren. Het is daar een drukke bedoening, met de aankomst van nog meer familieleden (o.a. de – broodmagere – zus van Karen uit Australië) en de voorbereidingen voor de jam-session van vanavond. Heerlijk dat ik hiernaast een oase van rust heb.

Ik doe nog een dutje om na te genieten van de massage en bestel daarna een simpele avondmaaltijd van komkommersla met garlic rice en spiegeleieren (ben benieuwd naar mijn cholesterolspiegel, met dagelijks al die eieren J). Veel vegetarische keuzes hebben ze hier niet en van sojaproducten hebben ze nog nooit gehoord. Dit is een land van vlees en vis, waar ik af en toe aan mee doe met wat kip of garnalen.

Om kwart over negen ben ik weer in Lala Panza, waar ik van vele kanten hartelijk word begroet. Bebot speelt bij de ronde bar beurtelings met één bongo-maatje maatje en met een groepje bevriende muzikanten. Hij heeft een prachtige warme stem en beschikt over een een uitgebreid zestiger-jaren-repertoire, alsmede een paar eigen composities.

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Karen zit in al haar glorie en vol adoratie naar haar zingende partner te kijken. Elke zaterdagavond wordt ze weer opnieuw verliefd op hem…

 

 

 

 

 

 

 

 

Er wordt weinig gedanst – veel mensen zijn met elkaar in geanimeerd gesprek – maar ik heb zelf wel zin en leef me dus lekker uit. Dat werkt aanstekelijk, want ook anderen komen nu in beweging. Verschillende mensen uit het publiek nemen de uitnodiging aan om hun eigen bijdrage te leveren en ik zing een Osho love song, eerst zonder muziek en dan met geïmproviseerde begeleiding.

Tengere Antonio zit ook aan de bar en geniet zichtbaar. Ik geef hem een ansichtkaart van mijn schilderij ‘Sharing’ als aandenken. Hij straalt!

 

 

 

 

 

 

 

De tijd vliegt voorbij. Een bier en twee gin-tonics later is het bij twaalven en maak ik mij los van het gezelschap.De poort van Floral Villarosa zit op al slot en ik moet de nachtportier wakker bonzen…

Dan slaap ik als een roos.

 

WOENSDAG 21 FEBRUARI

 

Van Palawan via Manila naar Caticlan/Boracay

Na de yoyoyoga en het zwemmen neem ik uitgebreid de tijd voor een fruit-/pannenkoekontbijt.

Vanmiddag om iets voor vijf vlieg ik in een uur en tien minuten naar Manila. En vandaar morgen in een uur naar Caticlan op Boracay. De shuttle naar het vliegveld komt om kwart voor twee, dus ik heb nog tijd voor mijn hobbies.

In de tuin is een paviljoen met een fan. Als ik mijn koffers heb gepakt (dat gaat steeds sneller!) installeer ik me daar om me verder te verdiepen in het videomontageprogramma Filmora. Ik ontdek nu hoe ik filmfragmenten kan inlassen, het geluid kan versterken en vanuit het programma kan opnemen met de webcam.

Als ik een geschikt plekje in de tuin heb gevonden, maak ik een aantal proefopnamen voor de Engelse intro van mijn talks. Het valt nog niet mee om voor zo’n camera-oog te ontspannen en op natuurlijke wijze je verhaal te doen alsof je tegen een vertrouwde vriend praat. De tijd vliegt weer voorbij…

 

 

 

Dan komt Anjie zeggen dat de van voorstaat. Na de obligate selfies neem ik ook hier afscheid – en dan ben ik weer anoniem op reis.

In de grote hal van het kleine vliegveld van Puerto Princesa staat een lange rij voor de security-check. Niettemin weersta ik bij de check-in de verleiding om gebruik te maken van een rolstoel die mij wordt aangeboden: ik word kennelijk herkend als ‘senior citizen’ en die worden hier met groot respect en égards behandeld.

Een uur later zit ik bij de gate in de vertrekhal. Nog drie kwartier vóór we gaan boarden (denk ik). Maar de vlucht blijkt ruim een uur vertraging te hebben, dus ik wijd me maar weer aan mijn blog: de beste manier om wachttijden te verkorten. Af en toe loop ik even rond om de benen te strekken en ik koop wat bananencrisps en cashewnoten, want aan boord worden geen maaltijden geserveerd.

De vlucht verloopt voorspoedig en voor ik het weet (dankzij mijn blog) dalen we alweer voor de landing op Manila.

Daar vul ik bij de ATM mijn cash aan en ik bel de host van Sea Residences om te zeggen dat ik later aankom. Geen gehoor. Dan bel ik het info-nummer van het hotel. Ook geen gehoor. Nou, dan maar meteen naar de taxi. Daar staat een wachtrij van hier tot Tokio. Gelukkig mag ik in de rij van de senior citizens en krijg een stoel. Niettemin duur het nog een uur voordat ik aan de beurt ben voor een taxi.

Als ik tegen negenen bij Tower C in Sea Residences ben aangekomen, vraag ik bij de balie naar James Home, die ik van Booking.com heb opgekregen als zijnde mijn host. Die blijken ze niet te kennen. Ik geef ze zijn telefoonnummer. Maar dat geeft nog steeds geen gehoor. OK, ik pak mijn reserveringsnummer erbij – maar ook dat kunnen ze niet vinden.

Ongelooflijk. Ik zoek op mijn smartphone via Google naar een emergency-nummer van booking.com, maar overal wordt ik verwezen naar FAQ’s of vraagforums. De jongens van de receptie leven met mij mee, maar kunnen mij ook niet helpen.

Tja… of ik dan toch een kamer kan krijgen? Ja, dan kan, maar dan moet ik wel eerst mijn boeking annuleren. En het kost € 47,- in plaats van € 37,- (zonder ontbijt).

OK: ik zal later wel mijn beklag doen bij booking.com. Het voornaamste is dat ik een bed heb om in te slapen.

Chi, mijn gastvrouw, brengt me naar weer zo’n een pijpenla-appartementje op de 9e verdieping van Tower D. Met akelig wit licht, behalve in het slaaphok, waar een elektrisch-blauwe plafonnière lezen onmogelijk maakt.

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Met uitzicht over de Mall of Asia. Ze legt me uit waar alles is en we maken een praatje. Zelf slaapt ze in Tower A. Zij is op haar 24ste single zonder kinderen en heeft de zorg voor twee units, maar haar bazin exploiteert er 50. Ik tel mijn zegeningen als ik me een voorstelling probeer te maken van haar leven…

Als ze weg kijk even naar het uitzicht vanaf het balkonnetje achter het bedhok. Ook hier is de Mall of Asia dichtbij, vanuit een iets andere hoek.

 

 

 

 

 

Eerst maar even een douche nemen. Oeps… er zijn geen handdoeken. Ik bel Chi, en vijf minuten later komt ze er één brengen. Even later ontdek ik dat er ook geen w.c.-papier is. Maar ik wil voor tienen nog even kijken of ik ergens een hapje kan eten (Sea Residences zelf heeft geen restaurant), dus ik bel haar weer en vraag haar om een rol af te geven bij de balie. Dat zal ze doen.

De jongens van de receptie weten me te vertellen dat er rechts naast de uitgang een snackbar is. Die blijkt nog open te zijn. Maar de vette (vlees)happen die ze in de vitrine hebben staan trekken me niet aan – en ze doen niet aan fried vegetables.

Aan de overkant is een chique ogend hotel waar ik mijn geluk beproef. En ja, een vriendelijke jongeman brengt mij naar een heel groot vrijwel leeg restaurant op de bovenste verdieping, waar ik zowaar een vegetable fried rice kan krijgen! Gin-tonic hebben ze niet, en ik heb geen zin in bier of wijn, dus ik ga voor een whisky met water. Hèhè, tijd om te ontspannen en om me heen te kijken. De enige andere gasten zijn een oudere blanke heer met een jonge Filipijns meisje, die samen veel plezier hebben. En er is een groot TV-scherm zonder geluid, met het CNN-nieuws.

Op mijn gemak geniet ik van de (heerlijke!) groentenschotel Het is veel teveel, dus ik eet maar een beetje en laat de rest inpakken, als ontbijt voor morgen. Wel neem ik nog een pannacotta met mango toe. Alles samen voor nog geen tientje…

Dan ontdek ik dat mijn kamersleutel niet in mijn tas zit. Paniek! Ik bel Chi, die me lachend vertelt dat ik die bij de balie heb laten liggen. Zucht van verlichting. Ze heeft daar overigens een rol w.c.-papier afgegeven.

 

 

 

 

 

 

 

Via een lift, een paar lange hotelkamergangen en een roltrap vind ik mijn weg weer naar beneden. Als ik iets over elf weer in mijn pijpenlaadje arriveer, wil ik volgens de instructies op de koelkast de wifi activeren. Maar het aangegeven netwerk blijkt niet te bestaan. OK, loslaten.

Na een (gelukkig wèl – zij het ‘zunig’ – werkende) warme douche neem ik nog een foto van het afschuwelijke blauwe licht in mijn bed-hokje en van de Mall of Asia aan de overkant.

In bed versnoep ik via mijn smartphone als ‘slaapmutsje’ een aantal Mb voor een Sadhguru filmpje…

 

DONDERDAG 22 FEBRUARI

 

Weer weg uit Manila, heerlijk!

In het hoge bed (3 dikke matrassen op elkaar) heb ik heerlijk geslapen. Ik word om half acht al vóór de wekker wakker en schrijf, knus in de kussens, een uurtje aan mijn blog (lokaal in Word, in afwachting van weer eens een goede internetverbinding).

Na het douchen en pakken neem ik een paar hapjes van de left-over van gisteren en laat de rest in de koelkast voor Chi. Dan ga ik naar de lobby, want langer in dit kamertje blijven vind ik niet nodig.

Hoewel mijn vlucht pas om 13.10 is, bestel een taxi voor 10.50 uur, want ik vermoed dat het verkeer rond de luchthaven nu nog wel wat drukker zal zijn dan gisterenavond.

Dan bel ik Chi, want die wil de sleutels komen ophalen. Maar ze geeft geen gehoor. De jongens van de receptie zeggen dat ik de sleutels ook – net als bij Shell Residences – in Chi’s mailbo kan leggen. Dat doe ik dus maar. Even later zie ik een berichtje van Chi dat ze niet kan komen, en of ik de sleutels in de kamer wil achter te laten.

Ik schrijf terug dat ze al in haar brievenbus zitten en dat blijkt OK.

Om 10.50 blijkt er geen taxi besteld te zijn, maar ze blijken er gewoon een te kunnen inwuiven van de overkant…De taxirit kost € 4,80 en voor € 0,75 extra nemen we de skyway naar het vliegveld.

Omdat ik zo vroeg ben, geen lange rijen voor de check-in. Ditmaal maak ik – gezien de eindeloze gangen die ik verwacht – dankbaar gebruik van het rolstoelaanbod. Mijn duwer Julius loodst mij behendig langs de security, parkeert me op mijn verzoek bij Cafe France en gaat dan zelf koffiepauze nemen. Hij komt straks terug om mij naar de gate te brengen.

Ik bestel een iced mocha, een sandwich met tonijn (voor straks) en een amandelcroissant. Dan installeer ik me gezellig aan een tafeltje en stuur eerst Stephen, de gids die Abdul Caticlan voor mij georganiseerd heeft in Caticlan, een sms’je om te laten weten hoe ik er uitzie – lange witte jurk, witte shawl, wit haar, met twee rode koffers en een rode schoudertas – en dat ik eventuele vertragingen zal doorgeven.

Zo, nu heb ik tijd om nog wat te lezen in ‘Hypnose for inner conflict resolution’, waar ik nog bijna niet aan toe ben gekomen.

Even op mijn instapkaart kijken hoe laat we aan boord gaan. Wat?! 14.55 uur? Mijn vlucht gaat om 13.10! En het is nu 12.00 uur…

Ik spring in actie, veeg mij spullen bij elkaar en haast me met de iced mocha in de hand terug naar de security check, om te zeggen dat ik op een verkeerde vlucht ben gezet. De jongen vraagt om mijn boarding pass. Ik pak hem uit het achtervakje mijn tas en… heb er twee in mijn hand! Er zat er nog een oude in van een vorige vlucht – en daar had ik op gekeken…J We grinniken alle twee, ik schud de spanning uit mijn lijf en ik ga weer terug naar mijn tafeltje. Nou, ik heb mijn adrenalineshot voor vandaag wel gehad.

Julius komt me mooi op tijd weer ophalen en rijdt me naar de gate. De lange gangen vallen erg mee, want dit is de domestic airport en ik had dus in feite de rolstoel niet nodig gehad. Maar… ik mag lekker als eerste het vliegtuig in – en we vertrekken according to schedule.

Het vliegtuig is niet vol. Ik heb een stoel vrij vooraan aan het gangpad. Maar de twee plaatsen naast mij zijn vrij, dus bij het opstijgen ga ik toch maar aan het raampje zitten om naar beneden te kijken.

Ik zie de wolkenkrabbers van downtown Manila en de bergen van Noord-Luzon aan me voorbij glijden.

 

 

 

 

 

 

Dan verdiep ik mij alsnog in mijn boek – met als onderbreking deze verslaglegging.

Vierentwintig tijdloze uren op Boracay

Een uur later landen we keurig op tijd in Caticlan. We worden in een grote bus geladen en die maakt een hele rit door de stad naar de Arrivals hall en de Baggage Claim van Philippine Airlines. Al gauw heb ik mijn grote koffer te pakken en bij de uitgang kijk ik rond naar Stephen.

Geen Stephen. Ik loop langzaam langs alle mensen met bordjes naar de andere kant van het trottoir, waar wat banken staan voor wachtende passagiers.. Nergens een teken van herkenning.

Maar eens even kijken op mijn smartphone. Ja, een tekst van Stephen: “Where are you my friend? I am waiting outside the Arrivals Hall. Am not allowed to go in.” Zit hij misschien toch in een andere Arrivals Hall, ergens bij de terminal waar wij landden? Ik sms terug waar ik zit en besluit maar weer eens in de richting van de uitgang te lopen. Een mevrouw suggereert dat hij ook nog zou kunnen zitten in de Arrivals Hall van de bootterminal.

Maar nee, daar is hij! Een tengere jongeman met een zwarte pet en een parelwitte smile, in een fris wit shirt en blauwe spijkerbroek.

We begroeten elkaar hartelijk en lachen allebei om het misverstand. Stephen, sinds 12 jaar een vriend en toegewijde guide van mijn Saoudi-Arabische medepassagier van de vlucht Manila-Palawan – die hier jaarlijks vakantie houdt en vermoedelijk in zijn vrouwenbehoefte komt voorzien J)), zal mij voor de 24 uur die ik hier heb onder zijn hoede nemen, zorgen dat het mij aan niets ontbreekt, morgenochtend een privé boottrip regelen naar het kleine en bijzondere eiland Christal Cove en mij morgenmiddag ruim voor 15.00 uur afzetten bij de de FastCat ferry, die mij in 3 à 4 uur naar Bulalacao in Mindoro zal brengen.

Hij loodst me door de drukte heen naar de tricycle standplaats en weet er al snel eentje te scoren. We moeten eerst naar de haven (een rit van tien minuten, met de wind in mijn haren door de pittoreske straatjes van Caticlan), voor de oversteek van 15 minuten naar Boracay.

Vóór het havengebouw krioelt het van de mensen en er staat een lange rij.

“Sluit maar aan, dan zorg ik intussen voor onze kaartjes. Ik neem de grote koffer wel mee.” Twintig minuten later (ik waan mij weer even in China…) ontmoeten we elkaar weer in de ronde hal. Stephen heeft de tickets, we moet nog een registratieformulier invullen en dan kunnen we door naar de lange pier en de eerstvolgende vertrekkende catamaran. Heerlijk, even op het water. Het is een stralende dag en ik geniet van alle blauwschakeringen van de zee. Ik heb nog wat cashewnoten bij me van Manila Airport. Stephen houdt daar blijkbaar ook van.

In Boracay heeft hij binnen de kortste keren weer een tricycle te pakken en die brengt ons in twintig minuten naar hotel Nirvana, waar voor vannacht een kubo (bamboe hut) voor mij is gereserveerd: de laatste die nog vrij was.

Nirvana blijkt een oase in deze niet voor niets door toeristen overstroomde stad, in 2016 uitgeroepen als de mooiste ‘Sight, Sea & Sunset plek ter wereld.

Door een mooie tuin kom ik bij mijn hut, die airco heeft, een breed bed en een badkamer met een gulle warme douche. Behalve het ontbijt is ook wifi  inbegrepen. Maar de code blijkt niet te werken – en dat komt tijdens mijn verblijf ook niet meer goed.

Stephen gaat even naar zijn woonplek (5 km van hier) op zich op te frissen en ik gebruik die tijd voor een douche en een dutje.

Terwijl ik uitrust gaan mijn gedachten naar vorig jaar, toen ik met vriendin Leny uit Bulalacao ook een paar onvergetelijke dagen doorbracht op Boracay. We hebben toen een stel ontmoet waar we een paar hele leuke ontmoetingen mee hadden: Rune en Maria. Hij is een Deense ‘viking’, zij een in Australië opgegroeide Filipina. Samen waren ze een guesthouse aan het opzetten en zij zat aan te hikken tegen het beginnen met een praktijk voor aerial yoga. We hebben nog een keuze-weerstandoefening gedaan op haar ‘ja-maars’.

Zouden ze hier nog wonen? En heb ik hun gegevens nog? Ik zoek even in mijn smartphone notities en ja hoor! Daar zijn ze. Ik stuur ze een sms’je om te vragen of een ontmoeting vanavond er in zit en ga dan nog even plat.

Show time en oude vrienden

Om half zes komt Stephen mij ophalen voor het vermaarde happy hour on the beach, met de spectaculaire zonsondergang achter de silhouetten van de heen en weer varende zeilboten. Stephen weet een tafeltje vanwaar we straks ook een goed uitzicht hebben op de fire show die om zeven uur begint. We nemen een San Miguel light en genieten dan zwijgend van de zinkende zon die de horizon een tiental minuten in een gloedvol kleurenspectrum zet en dan verdwijnt (er is hier niet zoals bij ons een langzame schemering: om 18.00 uur ‘gaat het licht uit’ en om 06.00 uur weer ‘aan’.

Dan is er een sms’je van Rune: “delighted to meet up tonight!” Hij moet nog een gitaarles geven, maar zal vanaf 20.00 uur in de Levant bar zijn in een rustige uithoek van het eiland, waar we ook vorig jaar menig geanimeerd uurtje hebben doorgebracht. Maria kan helaas niet komen want zij heeft vanavond met een paar vriendinnen een ‘Ladies Night’.

OK, Stephen weet waar die bar is en zal mij straks daarheen begeleiden. We nemen een piña colada cocktail en een corn-shrimp soup en installeren ons voor de fire show. Het beach terras is intussen helemaal volgestroomd, maar wij zitten prinsheerlijk vooraan.

Met open mond ga ik op in de ongelooflijke prestaties van een aantal atletische jongens met ontbloot bovenlijf en een sexy meisje, die elkaar een uur lang overtroeven in acrobatische toeren met vuurpotten aan een touwtje.

Tegen half negen komen we aan bij de Levant bar. Hier is geen vloer: de beach loopt als het ware door naar binnen.

Bij de hoefijzervormige bar zit Rune op dezelfde plek als vorig jaar, met een paar van zijn vrienden die wij toen ook hebben ontmoet.

We vliegen elkaar om de hals en nemen het gesprek weer op alsof het gisteren was dat we elkaar voor het laatst zagen. Hoewel Stephen al deze mensen blijkt te kennen, trekt hij zich bescheiden terug naar een plek iets verderop aan de bar, waar hij zich te goed doet aan een maaltijd die ik hem aanbied. Zelf neem ik fish fingers en water (aan het eind van de avond ontdek ik dat ik vergeten ben iets alcoholisch te bestellen…)

Twee uur lang laven we ons aan een hartverwarmend weerzien en praten we bij. Het gaat goed met ze, vertelt Rune; het guesthouse is bijna klaar en als het af is gaan Maria en hij samen een rondreis maken, te beginnen in Hongkong. Ook heeft hijplannen om een opvouwbare tipi te maken waarmee hij in Frankrijk met zijn dochter (die daar bij haar moeder woont) vakanties kan houden. Maria is overigens inmiddels met een goed lopende aerial yoga praktijk begonnen op het dak van hun guesthouse.

Tegen half elf nemen we afscheid: ik moet morgen om half zeven op voor de mini-trip naar Christal Cove Island.

Stephen en ik lopen in 25 minuten terug naar mijn hotel en verzadigd strek ik mij uit op het brede bed, met mijn linkerbeen op een paar kussens, want mijn enkel is van het wandelen en de warmte wat opgezet.

Hoewel ik niet of nauwelijks slaap. geniet ik van het zomaar zijn en het kijken naar langstrekkende flarden van gedachten…

 

 

2018-02-19 Phils

MAANDAG 19 FEBRUARI

 

Afscheid van Lala Panzi

 

 

 

 

 

 

 

 

Vandaag verhuis ik voor 2 nachten naar hiernaast: een wat chiquer, rustiger en minder ‘Pippi Langkouserig’ hotelletje dan Lala Panzi. De (afwezige) eigenaren zijn Zwitsers, en dat kun je zien.

Ik begin met het bijwerken van mijn e-mail en het feliciteren van mijn zusje Joyce, die vandaag jarig is.
Dan neem ik uitgebreid de tijd voor mijn laatste ontbijt hier.

TAN -TRAGEDIE

 

 

 

 

 

Als ik tegen half  twaalf mijn koffers heb gepakt, ga ik naar beneden om te betalen.
Dat kan per creditcard, heb ik begrepen.

Maar anders dan in de hotels tot nu toe, gaat dat hier niet met een gewone pinpasautomaat, maar via een online connectie met de bank.

Het duurt een tijdje voordat Jen de optelling gemaakt heeft van al mijn consumpties. Maar we komen uit op € 298,- voor zes dagen, inclusief alle maaltijden en de wasserij.

Dan gaan we online en moet er van alles worden ingevuld. Uiteindelijk komt er een creditcard verificatie en de bank stuurt een TAN-code naar mijn mobiele telefoon met het verzoek de beveiligingscode in te vullen.

Oeps…! Dat is nu lastig. Ik heb een lokale telefoonkaart in mijn Galaxy zitten, met een ander nummer. Mijn Vodafone simcard zit in een reservetelefoontje dat ik heb gekocht in Indonesië om in noodgevallen bereikbaar te zijn. Maar dat zit boven in mijn koffer en is niet opgeladen… Bovendien is de bediening daarvan in het Indonesisch.

Dan maar even de kaarten wisselen. Gepruts. Jen is daar gelukkig behendig in.

Maar tegen dat de klus is geklaard, is de wachttijd voor het invullen van de beveiligingscode verstreken. Dat betekent een stap terug en opnieuw de TAN aanvragen.

Dan plopt er een bericht op van de bank: ‘Blijkbaar is er iets mis gegaan met de beveiligingscheck van uw boeking en wij hebben uw creditcard geblokkeerd’.

OK, we beginnen weer helemaal opnieuw, met het invullen van alle gegevens. Creditard nog steeds geblokkeerd.

 

 

 

 

 

Jen gaat de computer maar eens herstarten, de geschiedenis wissen en we beginnen nog maar een keer van voren af aan. Nee hoor, het werkt niet. Na drie keer de hele procedure te hebben afgedraaid geven we het op.

Wat nu?

Eh… ik herinner me dat ik ook nog twee Paypal accounts heb – die ik overogens zelden gebruik. Dus proberen we het daarmee. Gelukkig kan ik mijn inlogcodes uit Dropbox opvissen.

Maar om mysterieuze redenen werkt Paypal vandaag ook niet.

Tja, nu zit ik met de handen in het haar. Cash geld heb ik haast niet meer. En de dichtstbijzijnde ATM-machine waar ik mijn pinpas kan gebruiken is een half uur met de taxi van hier. Bovendien kun je daar per dag maar € 160,- mee opnemen, dus dat schiet ook niet op. Als die creditcard geblokkeerd blijft, heb ik voor het vervolg van mijn reis een serieus probleem…

We doen nog één keer de creditcard. Er komt geen eind aan het geduld van de goeie Jan (en het mijne), ook al zweet ik ls een otter, ondanks de ventilator. Wéér een weigering. Ah, maar er staat een Nederlands fraudetelefoonnummer bij da je kunt bellen. Bereikbaar vanaf zeven uur ’s morgens. Het is hier vijf voor twee en daar dus vijf voor zeven.

Ik ga even pauzeren in het restaurantje. En kijk wie we daar hebben: Llana uit Rusland (wonend en werkend in Shanghai), die ik zes dagen geleden dagen geleden bij mijn aankomst hier ontmoette. Ze is net terug van El Nido, komt hier lunchen en begroet mij hartelijk. We praten even bij en dan ga ik terug naar Jen, voor het vervolg van het betaalavontuur. Ik bel het fraudenummer in Groningen en krijg een vriendelijke (en nog een beetje slaperige) jongeman aan de telefoon. Ik leg hem de situatie uit en hij gaat even kijken wat er aan de hand is. Inderdaad ziet hij dat er een transactie is geweigerd. Hij heft de blokkade op en zegt dat ik nu weer kan betalen. Zo simpel is het!

Met een zucht van verlichting gaan Jen en ik opnieuw door de hele procedure – en nu kan ik mijn TAN-code ophalen en de beveiligingscode intoetsen. Gepiept!
We zijn tweeëneenhalf uur bezig geweest…

Losweken en overstappen naar de buren

Ik bestel een cappuccino bij Kailo en ga terug naar Jen. We praten nog een half uurtje en dan gaat zij naar haar hotelletje om de hoek, waar ze nog een massage neemt voordat ze vanavond terugvliegt naar Shaghai.

Het is tegen vijven als ik klaar ben om te vertrekken.

Terwijl ik  van iedereen afscheid neem (ik kom morgenavond nog terug voor de jam-session, hoor!) schiet ik nog een paar plaatjes van  Jen met Karen laat me fotograferen met Karen.

 

 

 

 

 

 

 

Ik krijg ik Kailo zover dat hij ook even voor mij wil poseren (hij houdt daar niet zo van, wat ik kan snappen, en hij heeft het veel te druk met koken voor alle gasten die de hele dag door van alle kunnen bestellen.

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Bij de uitgang tref ik Antonio, waar ik nog een paar leuke shots van neem.

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Dan volg ik de bell boy, die mijn koffers naar hiernaast brengt.

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Bij Floral Villarosa is het een oase van rust, vergeleken bij het dynamisch-chaotische Lala Panzi (waar afgelopen weekend 33 gasten waren). Een mooi aangelegde tuin met een groot zwembad, een hangmat, en een rustbed; voor mij een sober ingerichte kamer met een groot balkon, airco, een breed bed en een ruime douche. Beneden een smaakvol restaurant en behulpzame meiskes. Heerlijk om bij te komen voordat ik weer ga reizen.

 

Nieuwe hartscontacten

Meteen maar even afkoelen in het zwembad. Ik leg mijn kleren en handdoek op het rustbed en als ik uitgezwommen ben zitten daar twee Filipijnse zusjes met hun smartphones te spelen. Anniza en Krizza. Ze komen van Iloilo, op het eiland Boracay en zijn hier met hun moeder Anneth, die hen van twee verschillende mannen heeft gekregen, blijkbaar zonder dat daar een relatie of actief vaderschap van kwam. Ze spreken vloeiend Enge

Anniza (22) vraagt honderd uit en is duidelijk geïntrigeerd door mij. Ik blijk te lijken op op Granny, wijlen haar dierbare overgrootmoeder, door wie ze de eerste zeven jaar van haar leven is opgevoed, omdat haar moeder de kost moest verdienen als croupier in het casino van een cruise-boot. Ik bestel een San Miguel light, moeder Anneth (een vrouw van de wereld; ze heeft Maleisië, Hongkong, Thailand en China bezocht), komt erbij en tegen dat ik echt moet plassen besluiten we over een half uur in het restaurant ons gesprek voort te zetten tijdens het eten. Tijd om te douchen, wat e-mails te beantwoorden en even languit te gaan liggen.

Aan tafel vertelt Anniza over haar onvervulde teken- en schilderambities, haar werk in Manila op de software-afdeling van IBM (van 16.00-00.30 uur een baan waar ze 60% tevreden mee is, maar goed mee verdient), haar online bijbaantje in de IT (van 02.00 tot 06.00) en haar vele (digitale) vrienden en collega’s. Ze heeft me inmiddels al een vriendschapsverzoek gestuurd op Facebook.

Anneth vertelt over haar twee ‘ongelukjes’, van respectievelijk een kennis van een vriendin en een man waar ze vier maanden een relatie mee had toen ze in dat casino werkte. Toen ze het uitmaakte bleek ze zwanger te zijn. Na de geboorte van Krizza stopte ze met werken en nam de zorg voor haar kinderen op zich, omdat Granny inmiddels was overleden. Ze wordt onderhouden door de familie en momenteel voornamelijk één van haar zusters. Haar leven bestaat – sinds in 2015 hun huis afbrandde – voornamelijk uit TV-kijken en lezen (crimi’s en keukenmeidenromannetjes). We hebben het over seks, relaties, religie, zwarte magie en spiritualiteit – en wisselen uitgebreid foto’s uit. 16-Jarige Krizza zit er wat stilletjes bij maar haar ontgaat niets.

Tegen half elf beëindigen we de sessie en spreken af dat we morgen om half tien gezamenlijk zullen ontbijten, voordat ze de thuisreis aanvaarden.

In bed houd ik mij nog even bezig met mijn huiswerkjes – maar tegen twaalven I call it a day….

 

 

 

 

 

 

 

 

 

2018-02-18 Phils

ZONDAG 18 FEBRUARI 


Een nieuwe dag – en de zon schijnt…

Als ik om half negen wakker word en mijn e-mail check is er een bericht van iemand uit die graag diep lichaamswerk wil komen doen en een afspraak wil maken voor 19 maart. Tegen dat ik haar heb geantwoord – en ook nog even mijn aankomsttijd in Manila op 21 februari heb doorgegeven aan de Sea Residences waar ik overnacht voordat ik naar Caticlan vlieg) – is het kwart voor tien.

Douchen dus zonder yoyoyoga en op naar het ontbijt.

Het is vol in het pijpenlaadje van de Orange Gecko. Twee koppels en drie kleutertjes zorgen voor een levendige energie..

Ik vind nog een plekje en bestel vandaag bij mijn thee, fruit en omelet maar eens rijst met stirfried veggies en cashewnoten. Dan kijk op Google maps of er een strandje in de buurt is op loopafstand. Ik wil er wel even uit voordat ik verder ga met mijn video-avonturen.

Nee, dat wordt minstens een half uur per tricycle (het gangbare vervoermiddel hier in Puerto Princesa), zie ik
Als Kailo komt met mijn uitgebreide ontbijt, is iedereen inmiddels vertrokken.

 

 

 

 

 

 

Wat een rust… Een trage blues speelt zachtjes op de achtergrond. De palmen buiten in de zon deinen mee op een zoel windje dat ook hier binnen door de ruimte waait en samen met de fan zorgt voor een aangename koelte.

Ik mijmer over het wonder van de manifestatie en alles wat leeft. Over hoe de ingrediënten van dit ontbijt op raadselachtige wijze worden omgezet in bewegingen, handelingen, gevoelens, gedachten en… excrementen van iets wat zich ‘Yoyo noemt, die op hun beurt weer een voedingsbodem vormen voor nieuw leven.

 

 

 

 

 

 

 

 

Dan komt Karen beneden. Gisterenavond vroeg ze of ik meeging naar een party in een bar (de hele familie ging uitgedost uit). Maar ik had niet zo’n zin in lawaai en drukte. Nu hoor ik dat haar partner Bebot daar gezongen heeft (hij is een professionele zanger en zij is indertijd op hem verliefd geworden toen ze hem on stage zag; hij treedt elke zaterdagavond op). Ach, wat jammer nou… Als ik dat geweten had, was ik zeker meegegaan!

Maar als ik Bebot even later zie, hoor ik dat ik nog een herkansing krijg: dinsdagavond is hier in Lala Panzi een jam-sessie met lokale muzikanten waarvoor ik van harte word uitgenodigd (ik zit dan al in Floral Villarosa, hiernaast, waar ik morgen naartoe verhuis).

Karen weet  mij intussen te vertellen dat er wél een strandje in de buurt is: 10-15 minuten lopen van hier. Nou, dat ga ik zo maar eens doen, voordat hier straks een invasie van 15 Japanners komt voor de lunch…

Het  wordt met wat getuttel, wat geschrijf een tukje en een paar gesprekjes uiteindelijk half vier voordat ik richting strandje ga.

Een plezierige wandeling van een kwartier langs schaduwrijke straten en zandpaadjes.. Op het strand een paar overdekte zitplekken van bamboe met afdakjes van gedroogde palmbladeren. Een tentje waar ze drankjes verkopen. En voornamelijk locals met kinderen die de verkoeling (nou ja, verkoeling…) van het water zoeken. Het is eb, dus de zee is ver weg en je moet een eindje lopen voordat je in zwembaar water bent. Een dikke Amerikaanse moeke past intussen op mijn kleren en tasje.

Gewichtloos drijvend op mijn rug met boven mij  het blauwe uitspansel met naar het zuiden wat cirrocumulus wolkjes laat ik alle gedachten los en verdwijn weer even uit de tijd.

Als ik verzadigd ben  van de leegte haal ik een San Miguel light en een zakje tortilla chips met barbecue flavour (naturel daar doen ze hier niet aan) bij de snackbar, installeer me onder een afdakje en kijk rond naar het leven wat zich hier afspeelt. Families klitten samen, beatmuziek klinkt uit een meegenomen luidsprekerset, verliefde stellen lopen hand in hand; jongetjes werpen ich op surfplankjes, ouders leren hun kleutertjes dansen (daar zijn die kleintjes goed in) en oma’s kijken glimlachendtoe.! families met oma’s, babies en kleuters.

Ik deel mijn chips met een klein meisje en een paar honden.

Daarna wandel ik weer richting huis. Halverwege biedt een tricycle driver zijn diensten aan. Ach, waarom ook niet,,, Voor 20 pesos zet hij mij af bij Lala Panzi waar ik een lekkere douche neem en beneden hier en daar een praatje maak.

Ah, ik wil nog een foto nemen van Antonio… Antonio is de halfbroer van Bebot, een kind van zijn moeder en een aboriginal vader. Klein, tenger, ontwapenend onschuldig en met kleine pretoogjes. Hij praat met niemand want hij kent alleen zijn tribal taal. Hij helpt af en toe wat mee en zit veel in het open portaal bij de ingang van het huis, waar hij prompt komt aandragen met een paraplu als het regent en ik even een boodschap moet doen.

Afwisselend woont hij een paar maanden hier en een paar maanden bij zijn zuster, drie uur hier vandaan.In ons oogcontact voel ik een warme hartsverbondenheid – en in het voorbijgaan is er die glimlach van herkenning en houden we af en toe even elkaars hand vast.

Hij zit nu bij het zwembad samen met Bebot knoflook fijn te snijden voor de keuken. Ongemerkt schiet ik een paar plaatjes. Dan noem ik hem bij zijn naam, hij kijkt op en ja… daar is weer die verrukkelijke glimlach…

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Na een mango juice in de bar rond half zeven ga ik weer naar mijn kamer, want ik vind het nog te vroeg om te eten.

 

 

 

 

 

 

 

Ik correspondeer via Whatsapp met mijn Saoedi-Arabische medepassagier Abdul van de vlucht Manila-Palawan over een mogelijk bezoekje aan het mini-eiland Christal Cove bij Boracay, dat hij mij van harte aanbeveelt als ik van Manila daar naartoe vlieg de 22ste. Het is het privé-bezit van een kunstenaar (die daar heel veel van zijn werk heeft verspreid), en blijkbaar nog redelijk onbedorven.

Omdat ik toch de ferry van 15.00 uur naar Bulalacao niet haal die dag, en het eiland maar 20 minuten varen is vanaf Boracay, is het een optie dat ik daarheen ga en een nachtje blijf slapen voordat ik doorreis mijn vrienden Peerke en Leny in Bulalacao. Abdul wil wel een gids regelen die hij al 12 jaar kent en die inmiddels een goede vriend is geworden.

Zelf is hij de 16de al weer naar Saoudi-Arabië gevlogen.

Ik vergeet helemaal de tijd en het is al half tien als ik beneden ga vragen of ze nog een hapje voor me willen klaarmaken. Karen is net bezig de tent te sluiten, maar samen met Kailo tovert ze toch nog een bordje rijst met geroerbakte groenten en een spiegelei voor me op de bar. In afwachting geniet ik langzaam van een gin-tonic.

En tja… daarna nog een paar mailtjes en het bijwerken van dit blog – en dan is er een dag voorbij gegaan zonder dat ik aan mijn nieuwe videoprogramma ben toegekomen…

Morgenochtend maar dan. Of morgenmiddag, als ik op mijn nieuwe stek zit.
Mijn gegeeuw maakt me duidelijk dat het tijd is om me op te krullen…

 

 

2018-02-17 Phils

ZATERDAG 17 JANUARI  

 

Vandaag heb ik weer zin om  mijn dag te beginnen met wat Yoyoyoga en een paar baantjes zwemmen. Rond half tien zit ik fris en fruitig aan het ontbijt: pannenkoekjes deze keer, met rietsuikersiroop, watermeloen en banaan. Ik heb nog een leuk gesprekje met Marijke en Neemo, die vanavond terugreizen naar Vietnam, en word van harte uitgenodigd om ze te komen bezoeken in Haiphong, niet ver van Hanoi.

 

 

 

 

 

 

 

 

Na overleg met Karen, manager Jen en één van de gasten, Ann, die hem gisteren gedaan heeft, besluit ik af te zien van de Underground River Tour. Het is heen en terug drie uur rijden, langs allemaal hotels om passagiers op te halen, en met alle toeristen rond Valentijn en het Chinese nieuwjaar is het zo druk, dat je uren  moet wachten, twee keer zoveel betaald als normaal en de hele vaart (van slechts in een half uur) in een bootfile zit met ongeduldige stuurlui.

 

 

 

 

 

 

 

Dit wereldwonder ga ik dus missen…

Maar het geeft me wel de ruimte om deze dagen de proefversie van het nieuwe Apple video-editing pakket Filmora te gaan uitproberen, dat veel mogelijkheden heeft en toch een stuk simpeler en gebruiksvriendelijker is dan iMovie, Adobe Premiere Pro of Final cut Pro.

De wifi doet het vandaag redelijk goed en dus voeg ik eerst weer wat plaatjes toe aan mijn blog.

 

 

 

 

 

 

 

 

Na het overwinnen van enige weerstand vanwege de veelheid van onbekend materiaal voor mijn neus, krijg ik de smaak te pakken en al gauw verdwijn ik uit de tijd – als een kind in de speeltuin. De dag is voorij voordat ik het weet en ik heb nu uitgevonden hoe je een titel aan een filmpje toevoegt en een aftiteling aan het eind, slechte of te lange stukjes er uit kunt knippen en het geluid kunt bewerken.

 

 

 

 

 

 

 

 

Morgen ga ik kijken hoe je foto’s en filmfragmenten kunt inlassen, muziek of commentaar  kunt toevoegen en vanuit het programma nieuwe opnamen kunt maken. de volgende stap is het format aanpassen en rechtstreeks uploaden naar Youtube, Vimeo, Facebook en andere social media.

En dinsdagavond, als de grootste touritendrukte voorbij is, ga ikmisschien wel een firefly watch van drie uur doen op de rivier…

Al met al is het intussentoch weer half tween geworden…
Tijd om me weer even uit te strekken…

 

 

 

 

 

2018-02-16 Phils

16 FEBRUARI

 

Toch nog maar even hier blijven… 

Inmiddels heb ik drie nachten in Lala Panzi geslapen en overdag in alle rust aan mijn blog, e-mails en foto-uploads gewerkt. Vandaag had ik door zullen reizen naar El Nido.(drie uur met de bus).

Maar het is vandaag Chinees Nieuwjaar en alle hotels daar zitten vol, zodat je alleen terecht kunt in de allerduurste locaties. Ook hoorde ik dat El Nido de laatste jaren aardig vervuild en verpest is raakt door het toerisme. En dat island hopping daar aanzienlijk minder spectaculair is dan in Coron (een eiland ten noorden van Palawan), waar ik vorig jaar uitgebreid mijn hart heb kunnen ophalen.

Dus heb ik besloten om hier in Puerto Princesa te blijven en wellicht in het weekend alleen een underwater river dagtour te doen. Dat schijnt wel een bijzondere ervaring te zijn. Tijdens een wandelingetje afgelopen woensdag ontdekte ik hiernaast nog een hotelletje, Floral Villarosa, dat er wonderschoon uitzag. Wat meer ‘upmarket’, en ook met een zwembad. Zij hadden alleen nog plaats op 19 en 20 februari en ik heb meteen online geboekt. Mijn verblijf hier in Lala Panzi kon ik zonder problemen verlengen met twee nachten.

 

Gruwel

Eergisteren, toen ik voor het eerst het zwembad ging uitproberen, zaten daar Karen en haar echtgenoot Bebot, een echte ‘tribal’ Filipijn, met lang haar en hele lange nagels. Ik had een boeiend gesprek met ze over het leven, hun relatie en over hoe ze deze plek in zes jaar hebben opgeknapt van een bouwval (een combinatie tussen een verloederde hoerenkast en een backpackershostel) tot deze mooie en gezellige hideaway.

Toen Bebot hun zieke kat ging verzorgen schoof Karen wat dichter naar mij toe en vroeg of ik al had gesproken met Glennys,haar vriendin uit Zuid-Afrika. Ja, met haar had ik kennisgemaakt bij aankomst hier. “Heeft ze ook verteld wat haar is overkomen?” Nee, dat had ze niet; alleen dat ze hier een paar weken zou blijven. Karen dempte haar stem en vertelde een gruwelijk verhaal. Glennys paste in november in haar huis in Zuid-Afrika een paar dagen op haar (enige) kleinzoon van zes maanden. Na een uitstapje haalde ze hem uit het kinderstoeltje achterin de auto, toen haar hond – een trouwe metgezel sinds zeven jaar, ze woont alleen – er tussen sprong, het kind uit de auto sleurde en het vóór haar ogen aan stukken scheurde.

Sindsdien vindt ze geen rust. Ze kan niet in haar huis zijn (de hond is uiteraard afgemaakt) en kan ook haar zoon en schoondochter niet meer onder ogen komen. Vandaar dat ze hierheen is gereisd, in de hoop dat ze bij haar oude vriendin op de één of andere manier tot vergeving en aanvaarding kan komen.

Poeh… wat een verschrikking! Dat verklaart waarom er zo’n grijze wolk om deze vrouw heen hangt.
Ik ben benieuwd of het de bedoeling is dat het tussen haar en mij nog tot een gesprek komt.

 

 

 

 

 

 

 

Die frisse duik in het zwembad – en een warme douche – had ik wel even nodig.

Invasie

Gisteren kwam er een invasie van Karen’s familie uit Londen binnenvallen. Haar moeder Kate van 78, met haar kleindochter en partner, die ook hun zoontje van vier en een tweeling van een paar maanden hebben meegenomen. Zij blijven allemaal zes weken hier.

In eerste instantie verschanste ik mij op mijn kamer. Maar intussen heb ik in mijn pauzes een paar fijne gesprekken gehad met de moeder, een nerveuze, intelligente vrouw, die rookt en veel praat. Ze heeft een kleinzoon die op het spirituele pad is en Zen beoefent. Hij intrigeert haar mateloos (“Jij doet mij aan hem denken, door de rust die je uitstraalt; je zou hem een keer moeten ontmoeten.”) want zij zoekt zelf ook wegen om haar chronische spanningen los te laten en ‘tot zichzelf’ te komen.

‘s Avonds at ik bij Floral Villarosa, het guesthouse hiernaast waar ik 19 februari naartoe verhuis voor twee nachten. Het is vandaag Valentine’s Day en ook hier – net als in Lala Panzi – staan/hangen overal roze ballonen met hartjes.

Het restaurant is bijna leeg, op een koppel van middelbare leeftijd na. De meisje van de bediening vinden het maar sneu dat ik geen liefdespartner bij me heb. Ze verwenen mij extra en kunnen zich niet voorstellen dat ik genoeg heb aan mijn eigen gezelschap en mijn camera, waar ik meteen maar even een paar plaatje mee schiet.

 

 

 

 

 

 

Nieuwe ontmoeting

Vannacht heb ik tot vijf uur doorgewerkt aan mijn projecten. Dus zat ik vanochtend pas om tien uur aan het ontbijt, zonder yoyo-yoga en zwemmen.

Daar ontmoette ik een leuk koppel: Marijke uit Nijmegen en Neema (half Iranees) uit Manchester. Ze zijn net aangekomen na een tochtje naar El Nido (waar het inderdaad vreselijk was met de toeristische drukte, dus ik blij dat ik niet ben gegaan!) en hier een nachtje blijven slapen voordat ze morgen via Manila weer naar Noord-Vietnam vliegen, waar ze wonen en werken. Beiden geven Engelse les aan kinderen van mensen die in grote bedrijven werken.

 

 

 

 

 

 

 

Uiteraard hebben ze een schat aan informatie over de do’s, don’ts en musts in Vietnam. En ik kan ze over mijn werk en de ins en outs van deze plek vertellen.

Het ontbijt wordt koud door al onze verhalen. Maar dat maakt het niet minder smakelijk: omelet met tomaat en kaas, toast, gesmoorde groenten, watermeloen, ananas, jam en een grote pot Engelse thee.

Simcard tegoed aanvullen

Het internet doet het redelijk goed vandaag, vandaar dat ik deze woorden nu op de website kan zetten. Om de foto’s van de afgelopen drie blogs er in te krijgen zal ik straks even naar de hoek moeten lopen om het tegoed van mijn lokale Globe simkaart te laten aanvullen. Goed om, even de benen te strekken… En dan alsnog maar even het zwembad in.

Bij de kiosk om de hoek kan ik met 100 pesos tegelijk uploaden, maar de jongen vindt het geen punt om dat 5 x achter elkaar te doen. Met deze 500 kan ik weer twee of drie dagen vooruit.

Computerfrustraties

Ik buig mij weer over de foto’s en het proeffilmpje die ik gisteren heb gemaakt. De foto’s blijk ik uiteindelijk op een simpele manier naar Dropbox  over te kunnen zetten zonder op synchronisatie te wachten (om ze vandaar op mijn website te krijgen met de nu weer trage internetverbinding is echter een ander verhaal). Maar terwijl het eergisteren via een usb-kabel ook lukte met de filmpjes, krijg ik dat vandaag  niet voor elkaar. Ik doe dezelfde procedures keer op keer opnieuw en lees de troubleshooting sites op het internet er nog eens op na, maar niets mag baten.

Uiteindelijk geef ik het op en besluit maar gewoon vast aan de gang de filmpjes die wél heb kunnen overzetten. Daarvoor moet ik wel de instructies van mijn crash course Adobe Premiere video editing met Sacha erbij halen. Tot mijn verbijstering geeft Word aan dat het bestandje ‘Logboek Sacha videoles’ niet meer bestaat… Hoe kan dat nou?!

Het ego-centrum in mijn middenrif krimpt samen. Ik laat me toch niet kisten doordat ik die handleiding niet meer heb?

Toch eerst maar even alles loslaten, de frustratie voelen en ademen totdat de krampen wegebben.

Ik weet nog wel hoe ik een filmfragment moet importeren. OK, laat ik om te beginnen dat maar eens doen met een Photo Booth opname die een paar dagen geleden met de Mac heb gemaakt. En ja hoor, ik krijg de video erin er in. Maar als ik hem afspeel, blijkt het geluid niet synchroon te lopen…

De apps die het internet aandraagt als oplossing worden door de Mac niet geaccepteerd om dat-ie kennelijk in een beveiligingsstand staat die alleen Apple apps toelaat. Als ik na tien minuten nog niet heb uitgevonden hoe ik die stand kan veranderen geef ik het op en besluit ik om Adobe Premiere voorlopig maar te laten voor wat het is.

Wel kijk ik nog even wat er gebeurt als ik zo’n Photo Booth fragment rechtstreeks upload naar mijn kanaal op Youtube. Tot mijn verrassing blijkt dat vlekkeloos te lukken – en het geluid loopt mooi synchroon.

Mooi. Nu moet ik alleen nog een manier vinden om een titel toe te voegen en een muziekje.

Maar dat stel ik uit tot na het eten – of tot morgen. Het is intussen al tegen acht uur.

Dus voeg ik me bij het matronegezelschap beneden (drie stuks), bestel een gin-tonic, laat me met een zucht van verlichting achterover zakken in een rieten leunstoel en geef me over aan de idle talk die rondgaat. Wat  later ben ik evn alleen met Glennys (die haar kleinkind is kwijtgeraakt door haar bloeddorstige hond) en het ongeval komt even ter sprake.

Tranen wellen op in haar ogen als ze vertelt dat ze uit Zuid-Afrika weg wil om samen met haar man een  nieuw leven te beginnen in de UK. “Het leven gaat toch door”, zegt ze. Je kunt het gebeurde niet meer terugdraaien.” En zo is het.

Er komen weer een paar mensen bij zitten en we schakelen over naar de idle talk. Intussen arriveert de  groentenschotel die ik heb besteld en die doe ik alle eer aan.

 

 

Na nog een capuccino trek ik mij terug op mijn kamer om te kijken of ik mijn blog nog van wat foto’s kan voorzien (‘s avonds is de wifi-verbinding doorgaans wat sneller) en op speurtocht te gaan naar eenvoudig montagetechnieken.

Wel informeer ik bij Karen nog even naar  de Underground River Tour a.s. zondag. Dat zou beteken dat ik om 7.00 uur klaar moet staan en 7 uur moet  reizen (en veel wachten), voor een boottochtje van een half uur door een grot die wordt omschreven als een van de wereldwonderen….

Als mijn ogen tegen twaalven bijna dichtvallen, geef ik mij gewillig over aan het Grote Niets….

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

2018-01-31 Lombok

WONSDAG 31 JANUARI

Vandaag huur ik een fiets. een soort mountainbike-achtig model. Met een mandje voorop. En een diep profiel in de banden, vanwege de plassen, het zand en de modder.

Ik zet mijn rokken met een grote speld vast, want er zitten geen rok-/jasbeschermers op. Op een rustig plekje oefen ik eerst een beetje. Zweten. Maar al gauw heb ik het te pakken.

Even uitrusten bij een paar meisjes op een achtererf. De man van één van hen komt er bij.

 

 

 

 

 

 

 

Wat trouwen ze hier al jong! Trouwen en snel kinderen krijgen is één van de belangrijkste dingen voor de Filipijnen. Als je vertelt dat je geen kinderen hebt, kijken ze je geschokt en meewarig aan…

Overal koeien, kippen en geiten…

 

 

 

 

 

 

 

 

Hekken en gevels van aangespoeld hout…

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

…en natuurlijk de zoetgeurende Lombok flower (die op Bali Bali flower heet en in Thailand Thai flower).

In het noordwesten van het eiland het grote meer… – waar je niet in kunt zwemmen.

 

 

 

 

 

Op

Ik rij nog even door naar de westkust, waar ik bij een  familierestaurantje een trotse vader met kind vereeuwig en meteen maar een hapje eet hapje eet met uitzicht over de zee.

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Op de terugweg kom ik vóór een klein winkeltje nog een leuke moeder en dochter tegen, waar ik even bij neerstrijk.

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Dan is het tijd om naar huis te gaan en een paar uur te slapen. Aaaah… languit in mijn brede bed! Binnen de kortste keren ben ik o der zeil.

Teen half negen ben ik weer uitgerust en ik besluit naar het smaakvolle Karma restaurant te wandelen tien minuten verderop, dat ik gisteren heb ontdekt, voor een verfijnde maaltijd met een verse kokosnoot. Aan de bar, met de verkoelende avondwind, de zilte geur en de golfslag van de donkere zee. Ebbyn, de barman die mij bedient, schiet een plaatje van mij en wil zelf ook wel even op de foto.

 

 

 

 

 

 

Wat een heerlijke dag! Thuis werk in in bed nog een tijdje aan mijn boekvertaling en mijn blog, totdat mijn oogleden vanzelf zwaar worden en de horizontale positie lokt…

 

 

 

 

 

2018-02-13 Phils

DINSDAG 13 FEBRUARI 

 

Nóg een weelderige ochtend…

Na mijn yoyo-yoga, een paar baantjes zwemmen op het dak en een warme douche daal ik af naar de eetzaal.

Ook het ontbijt in het Hue hotel is een feest.

Uit het overvloedige aanbod van Oosterse en Westerse lekkernijen beperk ik mij tot champignonsoep, een tomaten-/champignonomelet met toast, kleine pannenkoekjes met versgemaakte jams, orange juice, thee en koffie.

Als mijn koffers gepakt zijn, heb ik nog precies een uur voor een combi-massage: Zweeds, Thais en Filipijns. Opmerkelijk hier is dat bij een ‘full body massage’ noch de buik, noch het middenrif, noch de borsten worden aangeraakt. Niettemin heeft de masseuse een heerlijke touch, niet te zacht en niet te stevig.

Weer iets héél anders…

Dus om 12.15 uur zit ik relaxed te wachten op de taxi, die mij naar Lala Panzi (lala = slapen; panzi = plek)zal brengen, een wonderlijk ogend Bed & Breakfast, dat ik gisterenavond via mijn favoriete Booking.com online heb geboekt – voor drie nachten: ik wil me nu wel weer eens even rustig kunnen wijden aan mijn ‘projecten’. Ze hebben daar ook wifi, dus wie weet lukt het me eindelijk om de video’s op mijn smartphone die ik nodig heb voor mijn eerste filmmontage naar mijn Macbook te loodsen, hetzij via Dropbox, hetzij op een andere manier.

Het is wel een klein halfuurtje rijden van Hue naar mijn nieuwe onderkomen in de grotendeels verpauperde buitenwijken van Puerto Princesa.

Maar ik word allerhartelijkst ontvangen door een meiske Jean, dat vertelt dat de eigenaresse Karen (een Engelse van oorsprong) en haar Filipijnse echtgenoot bezig zijn, maar dat ik ze waarschijnlijk tegen de avond nog zal zien.

Jean laat mij kiezen tussen een mooie stijlvol ingerichte hideaway op zolder (waar ik voor badkamer en w.c. wel een trap af moet) en een wat gewonere (maar toch aangename) kamer met een tweepersoonsbed en een eigen badkamer met douche en w.c. op de 1e verdieping, boven het in een binnenplaatsje gebouwde restaurantje The orange Gecko. Omdat ik er ’s nachts altijd wel een paar keer uit moet om te plassen, kies ik voor de laatste.

De muren van dit pension zijn gedecoreerd met primitieve, Afrikaans aandoende wandschilderingen.

 

 

 

 

 

 

 

Overal staan, liggen of hangen kunstwerkjes en snuisterijen, een mengeling van Afrikaanse, Filipijnse en Engelse huisvlijt/kitsch.

 

 

 

 

 

 

 

 

 

In mijn badkamer hangt een prachtig schelpengordijn…

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

… en in mijn slaapkamer een kunstwerk van stukjes  zebra-huid.

 

 

 

 

 

 

Russisch intermezzo

In The orange Gecko, het kleine restaurantje dat ze kort geleden op het binnenplaatsje hebben gebouwd, zit een leuk ogend meisje, waar ik een praatje mee aanknoop. Ze heet Llana, is 28 en single, komt uit Rusland (St. Petersburg), maar haar familie is grotendeels van de Oekraïense oorsprong. Al sinds haar 16e zwerft ze door de wereld. Sinds twee jaar woont ze in Shanghai, waar ze Engelse les geeft aan kindertjes van 3 tot 6 jaar. Ze heeft niet zoveel op met relaties, maar sluit niet uit dat ze ooit met een goede levensgezel zou kunnen optrekken. Kinderen op de wereld zetten hoeft van haar niet. Misschien ooit kinderen adopteren?

We praten honderduit. Ze kwam hier alleen maar om te lunchen, want ze zit in een hotelletje hiernaast. Maar als we horen dat ze hier lekkere cocktails hebben, (2 halen, 1 betalen), bestellen we er drie in totaal, die we samen delen. Als we ons gesprek ruim een uur later beëindigen en hartelijk afscheid nemen (zij vertrekt morgen naar El Nido) zijn we beiden enigszins aangeschoten…

Wifi, wifi, oh why, oh why

Ik vraag de wifi-code aan Jean, installeer me met de vele kussens in bed en ga meteen aan de slag. Binnen een half uur ben ik helemaal wanhopig, omdat de wifi zo traag blijkt te zijn dat ik mijn foto’s dus niet in mijn blog krijg..

Dan piep ik in arren moede via mijn smartphone mijn eigen vorig jaar ingestelde hotspot ‘yoyoopreis’ uit en hoera: die doet het, althans, voor de foto’s!

Dan ga ik op het internet maar eens de tijd nemen om uit te zoeken waarom Dropbox wel mijn foto’s, maar niet mijn video’s synchroniseert.

Wat de filmples betreft: na lang zoeken op het internetk kom ik er achter dat ik mogelijk via mijn Mac adapterplug filmpjes kan overzetten met een usb-verbinding. Hiervoor moet ik wel eerst de Android File Transfer app downloaden. Het werkt nog niet meteen, want ik moet een paar instellingen veranderen die ik aanvankelijk niet kan vinden. Maar na ruim een uur koppig doorzetten… Eureka! Nu kan ik mijn Galaxy-filmpjes gewoon naar de Mac slepen.

Ik hoop dat ik mij morgen nog kan herinneren hoe ik dat met die instellingen gedaan heb…

Als ik naar beneden ga voor een hapje, vind ik in de lobby bij de ronde bar een triest ogende volumineuze dame die mij begroet en zich voorstelt als Glennys. Ik ga even bij haar zitten en hoor dat zij een goede oude vriendin is van de gastvrouw, uit de tijd dat zij allebei in Zuid-Afrika woonden, en dat ze hier zes weken blijft.

Even later maak ik ook kennis met Karen, de eigenaresse en gastvrouw, die inmiddels is klaar is met een skype sessie van drie uur met Londen over een juridische kwestie, die naar tevredenheid opgelost lijkt te zijn. Ook zij is een weelderige matrone (later zullen er nog twee van dit formaat bijkomen), meer dan twee keer keer mijn volume, dat ze met gratie, humor en waardigheid draagt, steeds in andere ludieke jurken..

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Deze dames doen mij denken aan de vrolijke Nana sculpturen van de Franse kunstenares Niki de St. Phalle.

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Al snel gaat ze weer aan het werk: morgen komt haar moeder met een deel van haar familie over uit Londen, ook voor zes weken, dus ze heeft genoeg te regelen en te doen.

Ik wend mij tot Kailo de kok, die op Booking.com geroemd wordt in de evaluaties van gasten over dit B&B, wat hij op het menu heeft staan. En hij maakt een heerlijke aangepaste groentenschotel met rijst voor mij klaar.

Voldaan duik ik daarna mijn bed in en slaap als een marmot…

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

2018-02-18 Phils

MAANDAG 12 FEBRUARI 

 

Grasse matinée

Als ik om half negen wakker word realiseer ik me dat ik nog een hele ochtend heb voordat ik om half twee de taxi naar het vliegveld neem. Heerlijk!

Mijn viegtuig naar Palawan is om 16.15 en omdat het een binnenlandse vlucht is denk ik dat twee uur van tevoren aankomen ruim voldoende is.

Na mijn Yoyo-yoga oefeningen in bed neem ik een uitgebreide douche en pak ik alvast mijn koffers. Dan wandel ik rechtsom-rechtsom naar de winkeltjes onder de arcade aan de buitenzijde van het Shell blok. Daar vind ik een lekker breakfast tentje en op mijn gemak doe ik mij tegoed aan een ontbijtje met scrambled eggs, toast en thee, met een iced moccha toe. De wifi-verbinding hier is beter dan die in mijn Shell-cel, dus ik kan ondertussen mijn e-mails bekijken en een potje Wordfeuden met mijn ouwe vriendinnen Joke in Holland en Leny op Mindoro.

Op de heenweg kwam ik langs een nailstudio, en omdat ik al een paar dagen met vinger- en teennagels rondloop die wel aan een knipbeurtje toe zijn besluit ik na het ontbijt om mij voor 6 Euro een half uur lekker te laten verwennen door een lief meiske.

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Buiten neem ik nog een foto van het blinkende fire-arms station, bewaakt door twee brandweermannen in vol ornaat met smetteloos witte overhemden, stoere epauletten en goudomrande petten – die helaas niet op de foto mogen.

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Vervolgens ben ik mooi op tijd voor het uitchecken om 12.00 uur. Daarvoor moet ik mijn sleutelkaart naar de brievenbusruimte brengen en in postvakje 328 doen, waar Irish hem later kan ophalen voor het schoonmaken van de kamer.

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Dan bestel ik mijn taxi en krijg van de receptionist te horen dat ik voor Air Asia op Terminal 3 moet zijn. Vreemd, want mijn Saoedi-Arabische reisgenoot had mij gisteren op weg van Denpasar naar Manila verteld dat Air Asia op Terminal 4 is. Maar goed, ik ga er van uit dat ze het hier in dit giga-hotel wel weten.

Ik installeer mij met mijn laptop in een gerieflijke zithoek in de balzaal-lobby voor een uurtje bloggen.

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Irish komt nog langs met haar dochtertje, dat gelukkig wat minder druk en aanstellerig doet dan gisteren.

We maken uiteraard nog een selfie (een ware rage hier in de Filipijnen) en zij raadt mij aan om toch maar wat eerder dan half twee te vertrekken.


 

 

 

 

 

 

Ik volg haar intuïtie en zo zit ik om kwart over één al in de taxi. We nemen de tolweg, om het drukke verkeer te ontwijken. Brrr… fijn dat ik behalve mijn adapter en local card verder niets te zoeken heb in Manila…

Kafkaiaans avontuur

In de gigantische vertrekhaI van het vliegveld is het een hele zoektocht naar de incheckbalies van Air Asia. Overal zie ik Cebu Pacific en Philippine Airlines. Tenslotte beland ik bij een informatiestand, waar blijkt dat Air Asia niet in Terminal 3 is maar in Terminal 4. En dat ik daarvoor een shuttlebus moet hebben, die ik een verdieping lager kan vinden bij Arrivals Exit 13B.

Daar aangekomen blijkt dat niet te kloppen. Ik moet helemaal naar het eind van de Arrival hal, dan links, dan door de security check en vervolgens naar de ticketbalie.

Bij de ticketbalie aangekomen hoor ik dat er pas weer een shuttlebus gaat om kwart voor drie. Oooh… en hoe lang doet die er over naar Terminal 4? Dat blijkt af te hangen van het verkeer. Maar ik moet wel rekenen op een half uur tot drie kwartier. Jeetje… en om kwart voor vier is het al boarding time! Als ik daar dan ook nog langs security etc. moet wordt het wel kielekiele of ik vandaag nog in Palawan aankom.

We kijken samen nog eens op mijn vliegticket en dan… ontdek ik tot mijn verbijstering/opluchting dat ik niet met Air Asia maar met Cebu Pacific vlieg!

Blijkbaar was ik in de war met mijn ticket naar Vietnam, dat ik sinds mijn aankomst in de Filipijnen in mijn schoudertas heb ingeval ik – om een visumaanschaf te vermijden – moet kunnen bewijzen dat ik binnen 21 dagen weer het land uit ga. Wat een geluk dat ik dat nu zie!

Terug dus naar Departures. Daar staat een lange slingerslangerrij voor de incheckbalie. Ik zucht. Mijn benen zijn doodmoe van al het heen en weer gerij met twee koffers – en mijn knie speelt op. Beetje buigen en strekken dan maar. Gelaten kijk ik rond en mijn blik kruist die van een vrouw die één slinger verderop staat. Een glimlach van herkenning. Wij halen beiden onze schouders op grinniken en schuifelen verder. De tijd tikt door. Het is bij half drie. Gaat dit allemaal lukken binnen een uur en een kwartier?

Drie kwartier later ben ik dan toch aan de beurt. Ik vraag een raamplaats, omdat ik graag Palawan van bovenaf wil zien als wij aankomen. Dat kan alleen nog als ik helemaal achterin ga zitten op nummer 30A. Nou, OK dan maar.

Inderdaad ben ik om kwart voor vier bij de gate, waar alles propvol zit met vooral Chinese groepen (het is de 16e februari Chinees nieuwjaar en veel Chinezen nemen in deze tijd vakantie). Ik vind toch nog een plaatsje en ontspan. Even later horen we dat het vliegtuig vertraging heeft. En nog een half uur later dat er een gate change is. Op weg daar naartoe breng ik nog even een plas weg. Als ik uit de toiletten kom hoor ik dat mijn naam wordt omgeroepen voor de last call. Ja, ze hebben nu haast!

Gelukkig ben ik al bijna bij de nieuwe gate – en als ik als laatste het vliegtuig binnenstap blijkt er nog een lange rij passagiersin het gangpad te staan. Dat duurt nog wel even voordat ik bij nummer 30A ben… De stewardess kijkt op mijn boarding card. “You can also sit here, Ma’am, if you like.” en ze wijst naar de voorste rij, waar nog twee stoelen vrij zijn, alleen niet de raamplaats: daar zit een uitnodigend glimlachend moslima-vrouwtje. Dankbaar laat ik mij zakken in de stoel aan het gangpad en dump mijn schoudertas in de middelste stoel. Dan maar geen bird’s eye view van Palawan. Lekker veel beenruimte – en de w.c. dichtbij.


En dan… een nachtje luxe!

De vlucht verloopt voorspoedig.
En aankomen op dit kleine vliegveld, gelegen in het groen, is een verademing.

Ik heb voor 1 nacht gebruik gemaakt van een last-minute aanbieding bij het Hue-hotel: 47 Euro inclusief ontbijt in plaat van 78.

Aan de overkant van de uitgang staat een chauffeur van het hotel mij op te wachten. Of liever: hij verwacht iemand anders, die niet blijkt te zijn aangekomen (mijn e-mail ter bevestiging van de ophaalshuttle was kennelijk nog niet doorgekomen). Maar hij is blij dat hij nu mij kan meenemen.

Het Hue hotel is een mooi staaltje van sobere esthetiek. Alles ademt schoonheid en goede smaak.


De service is voortreffelijk. Deze mensen zijn duidelijk goed geschoold in hospitality en hebben maar één doel: te zorgen dat het hun gasten aan niets ontbreekt.

 

 

 

 

 

Ik heb een kamer met twee grote bedden naast elkaar, een badkamer met stortdouche/handdouche, zitbank en glazen wand, een groot TV-scherm (dat ik niet aan het gehad) en – het belangrijkste van alles: een supersnelle wifi-verbinding.

Er is een zwembad op het dak, een massagesalon en een uitstekend restaurant.

Nadat ik heb gedoucht bestel ik een Indiase oorkaars-sessie van een half uur op mijn kamer (mijn linker oor was een beetje verstopt en het heeft wat geholpen)

 

 

 

 

In het restaurant doe ik mij vervolgens tegoed aan een bijzondere cocktail en een vegetarische schotel.

 

 

 

 

 

 

 

 

Boven in bed maak ik dankbaar gebruik van de goede wifi-verbinding door de foto’s van mijn vorige blog te uploaden en te plaatsen.

Dan spreid ik mij uit op mijn weelderige matras, omringd door zachte kussens, en doe mijn best om zo lang mogelijk wakker te blijven om van deze zalige sensatie te genieten. Maar de slaap wint het…

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

2018-02-11 Bali/Phils

ZONDAG 11 FEBRUARI 


On the road again…


07.45. Op weg naar Manila zit ik nu op Denpasar airport te wachten op mijn vlucht die om 8.35 vertrekt. We gaan er iets meer dan 4 uur over doen.

Ik heb daar een hotel geboekt op 4 km van Manila airport, want morgen vlieg ik door naar Palawan, waar (in het noord-oosten van dat eiland, bij El Nido) de mooiste natuurgebieden van de Filipijnen schijnen te zijn.

Eergisteren was het afscheidsdiner – tevens het welkomstdiner voor de eerste deelnemers aan de yoga 10-daagse die vandaag is begonnen.

 

 

 

 

 

 

 

 

Mikaela bekeek de nieuwkomers met een mengeling van scepsis en nieuwsgierigheid.

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Gisterenmiddag vertrok ik na een roerend afscheid met Dimas en Mikaela uit Pantai Mas, met een minibus die hij ’s morgens gehuurd had om een gezelschap van zes mensen op te halen van het vliegveld: een rit van 4,5 uur. Dit was zijn tweede rit die dag – en een spannende!

Jammer wel dat ik Dayu, die inmiddels al wel op Bali is en gisteren vanuit de kampong waar haar familie woont naar Pantai Mas zou komen, net mis ben gelopen. Dat wordt dus pas in september dat we elkaar weer gaan zien, wanneer ze in Nederland workshops komt geven.

Het regende. met als gevolg dat het busje ternauwernood – met krijsende, slippende banden – de steile s-bochten in de smalle bergweggetjes haalde. Duizelingwekkende ravijnen met tropische oerwouden, dan weer links, dan weer rechts van ons (op de heenweg een week geleden was het donker, dus toen zag ik ze niet :-)). Eén keer haalde hij het niet en moesten we voorzochtig achteruit manoeuvreren voor een hernieuwde poging, waarvoor hij wat lucht uit de banden liet ontsnappen. Ondanks de schrikreacties van mijn lijf lukte het mij toch aardig om te genieten van het adembenemende natuurschoon en het vrolijke gebabbel van Mikaela. Wat een heerlijk kind! Zij had nergens last van…

Toen de ‘verkeerloze’ bergen voorbij waren raakten we in de drukke ochtendspits, wat natuurlijk weer niet opschoot. Dimas moest iemand ophalen van het vliegveld, maar ondanks dat hij na onze reis van drieëneenhalf uur aardig achter was op het schema bracht hij mij toch eerst naar ‘Grandma’s’, het hotel waar ik vannacht heb geslapen.

Ik moest de volgende ochtend om half zes op, dus nadat ik de spanningen van de reis onder een lekkere warme douche van mij af had laten glijden dook ik maar meteen het brede bed – en heb dus nog een flinke ruk van ruim zes uur kunnen maken.

 

.. and in the air…

11.37. Nu zit ik hoog in de blauwe lucht, vanwaar ik langzaam Palawan onder me voorbij zie glijden, hete eiland waar ik morgen naartoe vlieg vanuit Manila. Hier geen moesson, maar veel zon en een temperatuur van 26-30 graden.

De eerste anderhalf uur van de vlucht zijn snel voorbij gegaan, dankzij een interessant gesprek met mijn buurman Abdul Rachman, een gepensioneerde Electric engineer uit Saoedi-Arabië.

Hij neemt elk half jaar een paar weken vakantie en gaat dan steevast naar de Filipijnen. Hij had dan ook een schat aan handige weetjes en praktische suggesties voor mijn verblijf hier.

 

 

 

 

 

 

 

 

 

15.00. We komen 20 minuten eerder aan in Manila, maar moeten vervolgens 30 minuten wachten voordat ze de slurf hebbeen aangesloten. Abdul haalt mijn cabine koffertje uit het vak, loodst mij behendig door de immigratie, de baggage claim en het wisselen van een paar Hongkong dollars die ik nog had heen en brengtt me naar de juiste taxistandplaats, waar onze wegen zich hartelijk scheiden.

De 4-km-rit naar de Shell Residences duurt 20 minuten – langer dan ik had verwacht – vanwege het waanzinnig drukke verkeer rond de luchthaven.

Het hotel blijkt een rechthoekig 16 verdiepingen hoog giga-monstrum met in de grote binnenplaats met zwembaden ‘onder architectuur’.

 

 

 

 

 

 

Bij de receptie duurt het even voordat ze mijn boeking hebben gevonden

 

 

 

 

 

 

 

en nog langer voordat mijn hostess Irish arriveerde (een soort Oosterse Pippie Langkous met een adhd-dochtertje), die mij naar mijn ‘hokje’ op de 6e verdieping van Toren D bracht, waar zij de verantwoordelijkheid voor had. Een pijpenlaadje met een aanrecht, een zitbank en achter een wandje een twijfelaar en een balkon met uitzicht op zwembaden op de binnenplaats van de ‘kazerne’.

 

Ik blijk haar de € 48,- van mijn verblijf cash te moeten betalen en dus ga ik voor een bezoek aan de flappentap weer met haar naar beneden, waar ze mij meteen de diverse winkeltjes, massagesalons, nail studios en restaurantjes in de arcade rondom de buitenkant van het ‘blok’ laat zien (een ‘reis’ van ruim een half uur). Het dochtertje rent heen en weer en blijft voortdurend jengelend de aandacht trekken van haar moeder, die daar bewonderenswaardig stoïcijns mee omging.

 

 

 

 

 

 

 

Voor gebruik van het zwembad moet ik haar € 2,25 betalen en een formulier invullen. Met dat formulier en het geld gingen we weer via ellenlange gangen en een paar liften naar het souterrain, waar we 20 minuten moeten wachten voordat de cassiè tijd heeft om het geld in ontvangst te nemen en een stempel op het formulier te zetten.

Maar nu heb ik dan toch mijn badpak aan en ga ik even te water om bij te komen van dit stukje bureaucratie.

16.00 uur. Dat was lekker! Veel ruimte om een flink eind rond te zwemmen. Goed voor mijn knie, die nog steeds oefening vergt. Weinig zwemmers.

 

 

 

 

 

 

Na een (lauwe) douche installeer ik mij in bed om naar mijn e-mail te kijken. Ik heb het wifi wachtwoord van Irish gekregen, maar hoewel ik daarmee inderdaad online kom, blijkt Google-mail zoveel kuren te hebben dat ik mijn pogingen maar weer staakte. Dan maar even mijn Galaxy en Macbook opladen die beide half leeg zijn.

Oh Boy…! De stekker van mijn stekkerdoos blijkt niet in de wandcontactdoos te passen. “Geen nood’, denk ik, en ik graaf mijn wereldstekkeradapter op uit de diepte van mijn grote koffer. Daar zitten allerlei plugs in, maar…. niet één die in het Filipijnse stopcontact paste. Dus: over een paar uur zit  ik zonder communicatiemiddelen!

Beneden, bij de receptie van toren D, weten ze me te vertellen dat ik mogelijk een adapter kan scoren in de Mall of Asia, en andere gigant ‘aan de overkant’, die tot 22.00 uur open is. De overkant blijkt een wandeling van een half uur te zijn langs een ‘wereldbol’,

 

 

 

 

 

 

 

 

 

grote industriële complexen en loodsen, dan met een lift omhoog en via een eindeloze verbindingsbrug over een paar snelwegen  naar een super store van zes verdiepingen, waar grote mensenmassa’s rond krioelen en in rijen staan bij verkooppunten en poortjes waar je tassen worden gescand. Ik word van hot naar her gestuurd en binnen de kortste keren weet ik niet meer waar ik ben. Alles glittert en knippert en overal staan bij de honderden toko’s mensen die je naar binnen willen lokken.

Uiteindelijk kom ik op de tweede verdieping terecht bij Cyberspace, waar ik in een verkoelende Samsung Customer Service op een stoel beland. Een half uur wacht ik op mijn beurt vóór de zes helpdesks. Dan heb ik een aardig meisje, dat ook voor mij alle tijd heeft. Ze begint met mijn Galaxy op te laden (hier hebben ze wél een Europees stopcontact). Vervolgens legt ze mij uit dat ik voor een adapter plug bij Ace Hardware moet zijn, op de ground floor helemaal aan de andere kant van de Mall. Dus vraag ik eerst maar of ik op deze verdieping een prepaid telefoon- en internet card kan kopen. Dat blijkt aan de overkant te kunnen. Terwijl ik daar een half uur in de rij sta, laadt mijn telefoon lekker verder op.

Het meisje van de Samsung Customer Service verwisselt mijn Indonesische local card behendig voor de nieuwe filipijnse en laadt mijn tegoed van 1000 Mb op.

Ik bedank haar uit de grond van mijn hart – en dan begint de zoektocht naar Ace Hardware. Ook ditmaal word ik verschillende kanten opgestuurd, maar uiteindelijk vind ik deze uitgebreide zaak voor alles op het gebied van communicatie hardware. En ja hoor! Ze hebben een adapterplug voor mijn Europese stekker. Voor het luttele bedrag van € 1,50 ben ik weer communicabel! Ik vlieg de verkoper bijna om de hals. Hij geniet bescheiden van mijn dankbetuigingen.

Dit moet gevierd worden. Het is inmiddels donker en op de benedenverdieping – waar de ‘Food World’ is is de feestverlichting aan.

 

 

 

 

 

 

 

 

Bij een Syrisch restaurantje bestel ik een Griekse salade met een glas witte wijn. Hèhè, even ontspannen en genieten…

Nog een Tiramisu na en dan wandel ik – moe maar  tevreden – de lange weg terug naar het hotel. Daar aangekomen heb ik nog net 20 minuten om me op te frissen in het zwembad, dat om 22.00 uur sluit.

Ik plug mijn mijn computer in om op te laden, terwijl ik in bed met mijn Galaxy mijn e-mail correspondentie en blog bijwerk. Om 24.00 uur doe ik met een zucht van verlichting het licht uit en krul mij op in mijn twijfelaar.

 

 

 

2018-02-08 Bali

DONDERDAG 8 FEBRUARI 

Nadat op 4 februari in de loop van de middag de laatsten van de ruim 100 gasten van de verjaardagsparty zijn vertrokken is de rust op Pantai Mas neergedaald.

 

 

 

 

 

Tijd om te connecten met Dewi, die hier sinds de dood van Evert naast haar moederschap de tent runt

en Dimas opvangt als hij thuiskomt van zijn pendeldiensten en zijn enerverende werkzaamheden als rechterhand en (vuile-)klusjesopknapper van een man die een miljoenenbedrijf heeft in grootmaterieel voor de wegenbouw. Het gaat haar goed af, mede dankzij de toegewijde staf van vijf man/vrouw personeel.

 

 

We hebben hier wat meer zon dan in Lombok en het regent niet elke nacht. De combinatie van zee en zwembadje is ideaal voor de nodige beweging.

 

 

 

 

 

Ook ben ik weer begonnen met mijn yoyoyoga-oefeningen ’s ochtends in bed. Verder heb ik nog geen behoefte gevoeld om me buiten het resort te begeven. Alleen gisteren zijn we met de hele familie wat inkopen gaan doen bij het plaatselijke warenhuis Krisna. Héééél veel leuke huisvlijtjes en verleidelijk hebbedingetjes. Ik heb me weten te beperken… :-).

Mijn enige Intensive-deelneemster, met wie ik vier dagen individueel ga werken, zou 4 januari ’s nachts aankomen. Dus ik had mijn wekkertje op 24.30 uur gezet om haar te verwelkomen. Toen ze er om 02.00 uur nog niet was begon ik mij een beetje ongerust te maken: die lange rit van 3 à 4 uur, langs smalle, deels door de zware regens weggeslagen wegen met scherpe s-bochten door bergen in de nacht, met als chauffeur Dimas, die de laatste tijd onder grote druk leeft en de afgelopen dagen maar weinig slaap heeft gehad…

Dus ik stond maar eens op om wat rond te wandelen. En kijk, daar stond op de parkeerplaats de fourwheeldrive van Dimas, die haar zou ophalen. Het bleek dat ze al om 24.00 uur waren aangekomen en ze lag dus al lang en breed in bed (wilde mij niet wakker maken)…

Nou, nu kon ik zelf ook gerust verder slapen.

Inmiddels is het de derde dag van onze innerlijke reis. De afgelopen dagen heb ik in etappes de (heftige en soms adembenemende) verhalen over haar leven(s) te horen gekregen. De mensheid in al zijn aspecten, hoog en laag, mooi en lelijk, kwam voorbij.

Niettemin kwam er gisteren bij de Esbima-sessie nog wel het een en ander naar boven. En vanmiddag hadden we een indrukwekkende Bohemi-sessie van 4 uur, waarin ook flink wat oud zeer kon worden opgeruimd.

Na afloop een late lunch… Héérlijke gado-gado

 

 

 

 

 

En een welverdiende siësta….

 

 

 

 

 

Intussen is er in de eetzaal een nieuwe router geplaatst, dus ik heb weer internetverbinding! Af en toe gaat-ie als een speer, en dan is-ie ineens weer supertraag… Maar met geduld en doorzettingsvermogen krijg ik toch wat foto’tjes van mijn smartphone via mijn macbook in mijn blog :-).

Dimas,  had gisteren een vrije dag, want het was zijn (spirituele) Bali-birthday. Wel moest hij voor zijn baas per telefoon nog iemand ontslaan die betrapt was op corruptie. Daar zag hij wel tegen op.

Ik heb hem de hele dag niet gezien; vermoedelijk heeft hij wat slaap ingehaald. Vandaag was hij al vroeg weer aan het werk en vanavond haalt hij één van de twee yoga teachers op die hier vanaf 10 februari een workshop geven.